In 1815 werd er in de buurt van Elgin een brouwerij gebouwd door Henry Arnott & Co. In 1897 werd de brouwerij veranderd in een distilleerderij. Na enkele keren gesloten te zijn geweest, ging de distilleerderij in 1923 weer open. De Glen Moray distilleerderij is gelegen op de oevers van de rivier The Lossie in het stadje Elgin, de hoofdstad van de Speyside.
Het gebied van “The o’Moray” stond altijd al bekend om de goede kwaliteit gerst, dankzij het bijzondere klimaat in dit gebied (40 dagen langer zomer dan elders in Schotland). In 1815 bouwde men op de plek waar de distilleerderij nu staat een bierbrouwerij. In die tijd telde Elgin meer dan tachtig bierbrouwerijen. Het gebied rondom Elgin stond bekend als de graanschuur van Schotland. De brouwerij van Henry Arnott & Co, West Brewery, werd in 1897 omgebouwd door Glen Moray Glenlivet Distillery Co. Ltd. tot een distilleerderij. De gebouwen van de oude bierbrouwerij bleven tijdens de verbouwing grotendeels intact.
Een lang leven was de distilleerderij niet beschoren, want in 1910 werd hij gesloten. In 1912 werd Glen Moray twee keer heropend en vervolgens weer gesloten. Het was in die jaren een moeilijke tijd voor de whisky-industrie. In 1923 werd de distilleerderij overgenomen door Macdonald & Muir dat later opging in Glenmorangie Plc. De toenmalige manager van Glenmorangie moest de zaak opnieuw op poten zetten om de distilleerderij weer te laten produceren. Het was in die jaren een moeilijke tijd voor de whisky-industrie. De laatste keer dat Glen Moray werd gesloten was in de Tweede Wereldoorlog van 1940 tot 1945. Vrijwel alle distilleerderijen moesten toen dicht wegens het tekort aan gerst.
In 1958 werd de distilleerderij grondig verbouwd. Het aantal stills werd verdubbeld van 2 naar 4 en de moutvloeren werden vervangen door een Saladin box. Deze Saladin box verdween weer in 1977.
In 1985 werd de distilleerderij verbouwd. In het warehouse liggen gemiddeld zo’n 50.000 ex-bourbon en refill sherryvaten waar de whisky in ligt te rijpen. Men gebruikt hoofdzakelijk bourbonvaten, die van de Makers Mark en Heaven Hill distilleerderij gekocht worden. Deze vaten geven rijke en kruidige tonen aan de verschillende kwaliteiten. Glen Moray maakt tevens gebruik van vaten waarop wijnen van de Chardonnay en Chenin Blanc druiven hebben gerijpt. Het brouw water komt vanzelf uit de rivier de Lossie 250 meter verderop, die zijn oorsprong heeft uit verschillende stroompjes, afkomstig van de zuidelijk gelegen Mannoch Hills.
Manager Graham Coull zoomt in op het microklimaat waneer hij het DNA van zijn whisky beschrijft. ‘Het iets warmere klimaat in Moray en het lager niveau waarop de distilleerderij ligt, helpen bij de absorptie van de spirit in het hout, wat meer eikeninvloed op de smaak heeft. De laaggelegen “dunnage” pakhuizen (die regelmatig overstroomd worden) dragen bij aan het soepeler maken van het product. Voeg daar het hoge gehalte first fill vaten aan toe en je maakt een whisky met een prachtig evenwicht tussen zoet en kruidig.’
Een typische Speyside Malt kenmerkt zich door tonen van heide. Ze hebben vaak een bloemig en fruitig karakter in geur en smaak en ze zijn toegankelijk en rond. Glen Moray voldoet met zijn brede range van malt whisky’s aan dit verwachtingspatroon
Neus:
Licht, fris, nootachtig, bloemen. Gedroogd gras. Licht fruitig.
Smaak:
Eik, zacht. Goed gebalanceerd, walnoot, grist. citrus en citroen.
Finish:
Deze afdronk heeft tonen van citrus en kruidige fruitcake.